Patiënten met uitgezaaide borstkanker hebben minder last van hun ziekte en de bijwerkingen van hun behandeling als zij aan lichamelijke training doen. Ze zijn onder andere minder vermoeid, en ze hebben minder pijn en een beter uithoudingsvermogen. Daardoor ervaren de patiënten een betere kwaliteit van leven. Dat is gebleken uit een omvangrijke internationale studie onder leiding van het UMC Utrecht.
Read the English version here >
De studie (PREFERABLE-EFFECT) werd gecoördineerd door het Julius Centrum van het UMC Utrecht, onder leiding van Anne May, hoogleraar klinische epidemiologie van het leven met en na kanker.
Het UMC Utrecht werkte hiervoor samen met centra uit vijf Europese landen (Duitsland, Polen, Spanje, Zweden, Nederland) en Australië. Het Nederlands Kanker Instituut is een van de partners binnen dit consortium.
Klachten en bijwerkingen
Steeds vaker kunnen we kanker genezen. Maar ook steeds vaker leven we langer mét kanker. Mensen zullen dan niet meer genezen. Zij blijven onder behandeling maar gaan tegelijkertijd zoveel mogelijk door met hun ‘normale’ leven. Ze runnen een gezin, gaan naar hun werk en hebben een actief sociaal leven. Dat wordt vaak bemoeilijkt door de klachten van hun ziekte en de bijwerkingen van de behandelingen. Ze zijn vermoeid, kortademig, hebben pijn en beschikken over een minder goede lichamelijke conditie. Dit beïnvloedt hun kwaliteit van leven enorm. Dat geldt ook voor vrouwen én mannen met uitgezaaide borstkanker.
Kwaliteit van leven mét kanker
Veel andere studies hebben al het positieve effect van lichamelijke training bij mensen met kanker aangetoond. Aan patiënten bij wie de borstkanker niet is uitgezaaid, wordt in internationale richtlijnen geadviseerd om aan lichamelijke training te doen. Maar voor het eerst brengen onderzoekers nu uitgebreid in kaart of training ook helpt bij uitgezaaide kanker.
“Elk jaar krijgen zo’n 3.500 mensen de diagnose uitgezaaide borstkanker in Nederland”, vertelt Anne. “Genezen kunnen deze patiënten niet meer. De gemiddelde overleving is nu twee tot drie jaar, maar één op de vier patiënten is na vijf jaar nog in leven. En er zijn ook mensen bekend die nog wel vijftien jaar overleven. Ze zullen de rest van hun leven onder behandeling blijven en dus continu moeten omgaan met de klachten. We willen hen helpen om zoveel mogelijk hun kwaliteit van leven te behouden.”
Negen maanden trainen
Aan PREFERABLE-EFFECT deden 357 patiënten (onder wie twee mannen) met uitgezaaide borstkanker mee. Zij waren gemiddeld 55 jaar oud, en velen hadden uitzaaiingen in de botten. Op basis van loting werden de deelnemers verdeeld over twee groepen.
De ene helft (de controlegroep) kreeg standaardzorg, en daarnaast een beweegadvies en een fitnesshorloge. De andere helft (de beweeggroep) volgde een trainingsprogramma van negen maanden. Dat bestond uit conditie-, kracht- en balanstraining. Denk daarbij bijvoorbeeld aan indoor fietsen, bankdrukken en squats. Zij deden dit twee keer per week onder begeleiding van een fysiotherapeut gespecialiseerd in oncologie, en in de laatste drie maanden één keer per week.
Als je moe bent en pijn hebt, is het natuurlijk best lastig jezelf te motiveren om te trainen. Je kunt er erg tegenop zien. Anne: “Tijdens het project hebben we vragenlijsten verspreid waarin we vrouwen en mannen met uitgezaaide borstkanker vroegen: ‘Wat is voor u een drempel om te gaan bewegen?’ Sommige deelnemers gaven aan dat ze bang waren dat de pijn juist zou toenemen door te sporten. Nu weten we dus dat pijn juist kan verminderen door te bewegen. En qua moeheid bleek dat deelnemers aan de studie zich juist beter voelden als ze mee hadden gedaan aan een training.”
De patiënten in de beweeggroep misten dan ook weinig trainingen, zo constateerden de onderzoekers. “Iedere deelnemer trainde dichtbij huis, wat het ook makkelijker maakte om de trainingen vol te houden. En meestal sportten ze in een groep, begeleid door dezelfde fysiotherapeut.”
Minder last
Na drie, zes en negen maanden werden de groepen vergeleken. Ze vulden vragenlijsten in, die werden gecheckt volgens internationaal erkende wetenschappelijke criteria. En wat bleek? Deelnemers aan het trainingsprogramma waren minder moe en gaven aan een betere kwaliteit van leven te ervaren. Verder hadden ze minder last van pijn en kortademigheid.
“Gebaseerd op deze resultaten, raden we mensen met uitgezaaide borstkanker aan om een beweegprogramma onder begeleiding van een fysiotherapeut te volgen. Daarnaast willen we bereiken dat specialisten hun patiënten meer wijzen op het belang van bewegen”, vertelt Anne.
Ook na het trainingsprogramma van negen maanden bleven veel deelnemers trainen. “Ze waren heel gemotiveerd om door te gaan. En dat is juist onze bedoeling. We denken dat een dergelijk programma mensen helpt om de training in hun dagelijkse routine op te nemen. Deze studie duurde slechts negen maanden maar we hopen dat mensen vervolgens sporten een vast onderdeel van hun behandeling en dagelijks leven maken.”
Wat zou de onderliggende lichamelijke oorzaak kunnen zijn van dit positieve effect van bewegen? “Verschillende mechanismen in het lichaam spelen hierbij mogelijk een rol. We denken bijvoorbeeld dat door bewegen de ontstekingswaarden in ons lichaam afnemen. We gaan dat verder onderzoeken met behulp van bloed dat we hebben afgenomen bij onze deelnemers”, verheldert Anne.
Andere vormen van kanker?
Het trainingsprogramma is gericht op borstkankerpatiënten maar kan het ook gebruikt worden bij andere vormen van uitgezaaide kanker? “We denken dat bij alle vormen van kanker bewegen een belangrijke rol kan spelen”, vertelt Anne. “Alleen kunnen de klachten verschillen bij elke vorm van kanker. En ook de behandelingen en de bijbehorende bijwerkingen kunnen anders zijn. Hormoontherapie wordt bijvoorbeeld vaak gegeven bij borstkanker, en daarbij ervaren patiënten weer andere problemen dan bijvoorbeeld bij chemotherapie tegen darmkanker. Bij elke vorm van kanker moet dus specifiek gekeken worden naar de soort klachten en bijwerkingen. Zo loopt er op dit moment in Nederland ook een studie voor mensen met uitgezaaide darmkanker.”
Verheugd over resultaten
Anne presenteerde vandaag de resultaten van de PREFERABLE-EFFECT-trial op het hoofdpodium van het toonaangevende San Antonio Breast Cancer Symposium in de Verenigde Staten. De resultaten van de studie worden binnenkort, voor peer review, aangeboden aan een wetenschappelijk tijdschrift.
Borstkankervereniging Nederland is verheugd over de eerste resultaten van PREFERABLE-EFFECT. “Deze studie laat zien dat het loont om jezelf uit te blijven dagen, hoe moeilijk het ook kan zijn om te blijven bewegen voor patiënten met uitgezaaide borstkanker”, reageert Cristina Guerrero Paez, directeur Borstkankervereniging Nederland.
Gaan trainen?
De PREFERABLE-EFFECT-studie is inmiddels afgelopen, maar u kunt nog steeds een vergelijkbaar programma volgen, onder begeleiding van een fysiotherapeut.
Overleg eerst met uw specialist of verpleegkundige. Het is belangrijk dat de fysiotherapeut geschoold is in het begeleiden van mensen met (uitgezaaide) kanker. U kunt hier een oncologiefysiotherapeut in de buurt vinden.
Nieuwe studie: PREFERABLE II
Het internationale consortium dat samen het PREFERABLE-EFFECT-onderzoek heeft uitgevoerd, is inmiddels een nieuwe studie gestart, weer onder leiding van het UMC Utrecht: PREFERABLE II.
Hierbij wordt niet live maar online (via Zoom) een trainingsprogramma aangeboden. Voor de studie worden mensen gezocht die al behandeld zijn met het doel kanker te genezen, maar nog steeds klachten ervaren van hun behandeling. De onderzoekers gaan evalueren of trainen helpt om sneller te herstellen en minder last te hebben van de bijwerkingen van de behandeling en de naweeën van de ziekte. Hierbij gaat het om klachten zoals vermoeidheid, slechte conditie, neuropathie (aandoening van de zenuwen, zoals tintelende handen en voeten) maar ook aanhoudende gevoelens van angst en somberheid.
De studie gaat begin 2024 van start. Wilt u meer informatie? Kijk op de website, of mail naar preferable2@umcutrecht.nl